Lara Seidel startte in 1990 met gitaarbouw aan het ILSA (International Lutherie School Antwerp) te Boom.
Gedurende de 3-jarige opleiding kreeg ze les van Geert Vermeiren en Els Jageneau.
In de zomer van 1996 volgde ze een meestercursus gitaarbouw bij José Romanillos in Cordoba.
In 2009 werd ze laureate van de nationale wedstrijd ‘Ambacht in de Kijker’.
Sinds 1997 werkt zij als zelfstandig gitaarbouwster in haar atelier te Mortsel. Ze specialiseerde zich in het bouwen van de klassieke gitaar.
'Naast mijn liefde voor de klassieke gitaar als soloinstrument ben ik altijd zeer gefascineerd geweest door gitaarduo’s, -trio’s, -kwartetten en ensembles. Hierdoor ben ik naast de 6- en 8-snarige gitaar ook de klassieke octaaf-, terts- en basgitaar gaan bouwen. Voor elk nieuw model wordt een gedetailleerd plan getekend. Het zijn telkens eigen ontwerpen gebaseerd op de klassieke bouwprincipes.
Eén van de uitgangspunten voor de bouw van een goed instrument is de keuze van het hout.
Dit moet aan tal van kwaliteitsvoorwaarden voldoen: goede veerkracht, recht dradig, mooie en egale structuur, gelijkmatige jaarringen enbovendien kwartiers gezaagd of gekliefd. Het bouwen gebeurt met de grootste zorg: een subtiele, nauwgezette afwerking is uitermate belangrijk.
Om te komen tot een evenwichtige klank wordt de bebalking aangepast aan de eigenschappen van het bovenblad.
De afwerking is sober. Elk instrument wordt nauwkeurig afgesteld, wat de bespeelbaarheid ten goede komt'.
Gedurende de 3-jarige opleiding kreeg ze les van Geert Vermeiren en Els Jageneau.
In de zomer van 1996 volgde ze een meestercursus gitaarbouw bij José Romanillos in Cordoba.
In 2009 werd ze laureate van de nationale wedstrijd ‘Ambacht in de Kijker’.
Sinds 1997 werkt zij als zelfstandig gitaarbouwster in haar atelier te Mortsel. Ze specialiseerde zich in het bouwen van de klassieke gitaar.
'Naast mijn liefde voor de klassieke gitaar als soloinstrument ben ik altijd zeer gefascineerd geweest door gitaarduo’s, -trio’s, -kwartetten en ensembles. Hierdoor ben ik naast de 6- en 8-snarige gitaar ook de klassieke octaaf-, terts- en basgitaar gaan bouwen. Voor elk nieuw model wordt een gedetailleerd plan getekend. Het zijn telkens eigen ontwerpen gebaseerd op de klassieke bouwprincipes.
Eén van de uitgangspunten voor de bouw van een goed instrument is de keuze van het hout.
Dit moet aan tal van kwaliteitsvoorwaarden voldoen: goede veerkracht, recht dradig, mooie en egale structuur, gelijkmatige jaarringen enbovendien kwartiers gezaagd of gekliefd. Het bouwen gebeurt met de grootste zorg: een subtiele, nauwgezette afwerking is uitermate belangrijk.
Om te komen tot een evenwichtige klank wordt de bebalking aangepast aan de eigenschappen van het bovenblad.
De afwerking is sober. Elk instrument wordt nauwkeurig afgesteld, wat de bespeelbaarheid ten goede komt'.